dinsdag 15 april 2014

't Hoevetje






Toen we, de scouts dus,  het terrein in bruikleen kregen van de stad    stond er slechts één gebouwtje: een  krot en onbewoonbaar verklaard hoevetje.  Het was in erbarmelijke staat: alles was geplunderd, de deuren, de ramen, de trap,  tot zelfs de plankenvloer op zolder.  De gevel langs de kant van de weg was zodanig scheef gezakt, dat je er niet dichtbij durfde lopen. Wolf, Pierre en enkele bereidwillige ouders hebben het opgeknapt.



Pierre vertelt:

Om te beginnen was er geen waterleiding en geen riolering. Bij goede buren mocht water aangehaald worden. Jaren later hebben we nog gesukkeld met de afvoer langs de beek, onderdoor de weg en zo naar de straatkant. Er was wel een waterput.  We hebben het water laten controleren, het werd niet goed gekeurd, we hebben de put dan maar dichtgegooid met afbraak.

Om de vloer op zolder te herstellen werden houten paletten aangesleurd en uit elkaar gehaald. ’t Is een gezellig verkennerslokaal geworden.  Norbert Bauwens heeft voor een andere trap gezorgd , denk ik.  De ruiten hebben we hersteld met “thermopan” ruiten, die van ik weet niet meer waar kwamen.  De lagen glas hebben we kunnen scheiden    zodat we van één ruit, er twee konden snijden.

In een kamer beneden, waarschijnlijk de vroegere keuken/woonkamer hebben we ook van palettenhout een lambrisering gezet om het afgeschilferd bezetsel te bedekken.  Fiske heeft dat mooi gedecoreerd in welpenstijl. Daar stond een mazoutkachel, die met een gietertje moest bijgevuld worden.  En stinken!

Er moest een deur dichtgemetseld worden.  Eén van de ouders, de man  werkte heel precies en nauwkeurig, wilde dat wel doen. Op een halve dag had hij slechts een half deurgat dicht gemaakt. Wolf, de altijd haastige, vond dat het te lang duurde. “Laat mij dat maar doen” zei hij, en op een hik en een knik was het gat dicht, schots en scheef uiteraard.

Voor de verwarming van de zolder hebben we ergens een “duveltje” op de kop kunnen tikken. Nu is dat terug hip, maar toen…




Er is ooit een hevige schouwbrand geweest.  Eén van de jongens (een Hiel?) is dan op het dak gekropen om te blussen met emmers water.  ’t Scheelde geen haar of heel het kot was afgebrand.
Een WC?  Aan de zijkant was een kleine uitbouw.   Een houten plank met een rond gat erin diende als WC-bril en de beerput  moest regelmatig geleegd worden. En met een deur met een hartje.
  



Als dak werd er een stuk golfplaat opgelegd om het daar toch een beetje droog te houden

Het oude pannendak was  geld waard.  Er zijn andere pannen op gelegd, geen nieuwe uiteraard en de originele hebben we kunnen verkopen.

Renaat Saevels, destijds leraar in de Coloma school  heeft ooit een tekening gemaakt van het hoevetje, heeft die  
met zeefdruk op triplex plankjes gedrukt, die dan verkocht werden. Dit was waarschijnlijk één van de eerste geldacties, zonder groot succes trouwens.

Zucht, zijn handen in de lucht: chronisch gebrek aan geld en werkkracht

1 opmerking:

  1. Dat boerderijtje heeft toen toch een aantal jaren goed dienst gedaan! En het was waarschijnlijk het enige scoutslokaal in Vlaanderen waar de muren zorgvuldig behangen werden met bloemetjespapier.

    BeantwoordenVerwijderen